Laatst had ik een toetje nodig voor een etentje met vrienden, en toen heb ik een citroen peren taartje geïmproviseerd.
Inderdaad, uit de mouw geschud, dus erg precies met de maten, gewichten en baktijden ben ik niet.
Voor het deeg maak je een harde Wener (mooie term, heb ik uit de Dikke van Dam): eigenlijk gewoon een soort kruimeldeeg van boter, bloem, suiker en een snufje zout, waarbij je de helft van de bloem door amandelmeel vervangt. (bij notenallergie natuurlijk niet).
De hoeveelheden laat je afhangen van de grootte van je vorm en je trek in lekker.
De vulling bestaat uit een citroencustard. Die heb ik gemaakt door 3 eidooiers te klutsen met wat honing en suiker. Dit heb ik ook even au-bain marie verwarmd. Als de eieren een beetje beginnen te stollen, voeg je druppel voor druppel het sap van een (halve) citroen toe. Ondertussen maak je in een ander pannetje een custard papje van melk, suiker en custardpoeder en citroenrasp. Als deze dik is, meng je de twee soorten custard en dat doe je in de taartvorm die met je harde wener bekleed is.
Daarop leg je partjes peer.
Het geheel doe je in de oven, op 180 graden, ongeveer 35 - 40 minuten. (hangt een beetje af van hoe groot je taart uiteindelijk is). In elk geval moet de custard een beetje dik zijn, en de korst knapperig.
Van de eiwitten met wat suiker die je na de custard over hebt, maak je een stevig schuim. Dit spatel je over de gebakken taart, die je dan nog even een paar minuutjes onder de grill zet.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment